Etappe 17: Gennep naar Vierlingbeek
Zaterdag 19 juli
Mooie lieve man,
Het hazenpad kiezen of de weg van de haas bewandelen.
De dag begint vroeg, bij het ochtendgloren lopen we het bos al in. En we zijn nog maar net op pad als ik door mijn enkel ga. Een scheut pijn, een vloek. Mijn tweede val, opstaan en doorgaan. Niet het hazenpad kiezen.
Hazen kom ik regelmatig tegen op onze weg. De eerste kruiste mijn pad op de Sallandse Heuvelrug. De regen viel als bakstenen uit de hemel. Het pad werd modder en nergens was een droog plekje om even te gaan zitten.
Langs de weg vind ik een bankje met een afdakje. Ik ga dankbaar zitten en een grote haas komt op mijn pad. Kijkt me even aan en springt de hei weer op.
Ook tijdens de wandeling met mijn zus sprongen er meerder hazen door het veld.
Mijn zus noemt het mijn krachtdier. Verbonden met moeder aarde, actief tijdens ochtendgloren en schemering, beweegt de haas zich gemakkelijk tussen de verschillende dimensies.
Als een haas je pad kruist is het een tijd van grote creatieve vrijheid die je help door een netelige, moeilijke periode heen te komen.
Ik hoor je zeggen: ‘je mag van mij alle holistische heksen rituelen aangaan, al dans je naakt tijdens de volle maan in de tuin. Als je mij maar niet vraagt mee te doen’. Je boeven ogen twinkelen en er verschijnt een gemeen lachje op je gezicht. Je kijkt me aan en knipoogt.
Vandaag kan ik wel een haas op mijn pad gebruiken lief. Een beetje steun kan geen kwaad.
Vandaag plant ik dan ook steun. De steun die je krijgt van de mensen om je heen. Zij die fysiek bij je zijn, zij die op de achtergrond mee kijken en via woorden hun handen op je schouders leggen. De steun die je krijgt uit vriendschap, liefde, herinneringen en onverwachte ontmoetingen.
Vaak als je ergens op hoopt, laat het op zich wachten. Maar vandaag kwam ik de eerste haas tegen in de vorm van een muurschildering. Ik kan niet anders dan glimlachen.
Niet veel later springen er twee konijnen door het veld. Ik vind konijnen vandaag ook goed. Mijn lach word groter.
Dan springt er opeens een kleine haas midden op mijn pad.
Hij ziet mij. Gaat stil zitten, oren recht omhoog. Kijkt me aan. Ik sta stokstijf stil. Ik kijk de haas aan, hij mij.
Hij kijkt om zich heen, en springt tussen een hekje door het veld weer in. Zijn lange oren lijken bijna wit gekleurd, waardoor het zwarte puntje aan het einde, zich tot hij verdwijnt in het hoge gras, scherp aftekent.
Vandaag bewandelen we dan ook de weg van de haas. Mijn lach blijft tot het einde van de wandeling op mijn gezicht. Dank lief voor deze mooie ontmoeting.
Het was fijn met je te wandelen lief.
🐇
BeantwoordenVerwijderen